Raad van de Europese Unie over antisemitisme op 6 december 2018
Conclusies van de Raad van Europa
De verklaring van de Raad betreft de bestrijding van antisemitisme en de ontwikkeling van een gemeenschappelijke beveiligingsaanpak voor een betere bescherming van Joodse gemeenschappen en instellingen in Europa.
OVERWEGEND dat de Europese Unie en haar lidstaten vastbesloten zijn om antisemitisme en alle vormen van racisme, vreemdelingenhaat en andere vormen van onverdraagzaamheid en discriminatie te voorkomen en te bestrijden.
ONDERKENNEND dat Joodse gemeenschappen zich in sommige lidstaten van de EU bijzonder kwetsbaar voelen voor terroristische aanslagen na een toename van het aantal gewelddadige incidenten en terroristische aanslagen in de afgelopen jaren.
BENADRUKKEND dat deze aanslagen en alle vormen van beschadiging gericht tegen Europese Joodse burgers ook een aanslag zijn op de fundamentele waarden en mensenrechten die centraal staan in de Europese Unie, zoals neergelegd in artikel 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU).
VASTSTELLEND dat de situatie voor Joodse mensen niet aanmerkelijk is verbeterd en dat antisemitische haat wijdverbreid blijft, hetgeen wordt bevestigd door een verslag uit 2018, alsmede door het meest recente jaarverslag van de Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie (ECRI) van juni 2018.
ONDERKENNEND dat Joodse burgers altijd een integraal en onlosmakelijk onderdeel van onze Europese samenlevingen waren en zullen zijn, als volwaardige burgers met recht op een gevoel van veiligheid en welbevinden.
VASTBESLOTEN om voor de Joodse mensen een toekomst te garanderen waarin zij eenzelfde gevoel van vrijheid en veiligheid kennen als alle andere burgers in de Europese Unie.
Voor de complete en uitgebreide tekst klik op onderstaande link (Ctrl + klikken voor koppeling)
http://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-15213-2018-INIT/nl/pdf